VERANDERINGEN IN DE LANGDURIGE ZORG
Vanaf 1 januari 2015 is de ondersteuning die mensen thuis nodig hebben een taak van de gemeente. Voorbeelden zijn begeleiding, dagbesteding en beschermd wonen. De zorgverzekeraar regelt de verpleging en verzorging thuis. 1.Hoe regelt de overheid dit:
De overheid legt deze veranderingen vast in wetten. De AWBZ verdwijnt. Er komt een nieuwe Wet langdurige zorg (Wlz). Deze nieuwe wet vergoedt vanaf 1 januari 2015 de zorg voor mensen in een instelling. Andere vormen van ondersteuning die nu nog onder de AWBZ vallen, regelt de gemeente. Daarvoor is de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo). Verpleging en verzorging thuis is vanaf 1 januari 2015 onderdeel van de Zorgverzekeringswet (Zvw).
2.Kunnen mensen die heel veel zorg nodig hebben straks nog terecht in een instelling?
Ja. Dat regelt de Wet langdurige zorg. Voor ouderen en gehandicapten die altijd toezicht nodig hebben en 24 uur per dag zorg dichtbij, is er een plek in een instelling. Het gaat om mensen met een lichamelijke of psychogeriatrische aandoening. Een voorbeeld van mensen met een psychogeriatrische aandoening zijn demente ouderen. Het gaat ook om mensen met een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke beperking. En om mensen met een ernstige psychische stoornis.
3.Ik woon in een instelling en heb niet zo veel zorg nodig. Moet ik in 2015 weer thuis gaan wonen?
Nee. Iedereen die nu in een instelling woont, mag daar blijven wonen. Meestal blijft u in uw eigen instelling wonen. Maar het kan gebeuren dat uw instelling sluit. Bijvoorbeeld omdat er niet genoeg bewoners zijn. Of omdat het gebouw te oud is. Dan verhuist u naar een andere locatie. Vanaf 2015 worden de voorwaarden voor wonen in een instelling strenger. Die voorwaarden gelden dan voor nieuwe cliënten.
4.Wat wordt precies de taak van de gemeente?
Kort gezegd moet de gemeente ervoor zorgen dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. En andere mensen kunnen blijven ontmoeten. Dat kan de gemeente niet alleen. Daarom kijkt de gemeente ook wat familie, vrienden of buren kunnen doen.
5.Zijn kinderen, vrienden en buren straks verplicht om mij te helpen?
Nee. In de Wmo 2015 staat niet dat kinderen, vrienden of buren moeten helpen. Gemeenten mogen wel onderzoeken of het sociale netwerk u kan helpen. Het sociale netwerk is een andere naam voor alle mensen in uw omgeving. Bijvoorbeeld kinderen, vrienden en buren. De gemeente mag ook rekening houden met de hulp van het sociale netwerk. En het ondersteuningsaanbod daarop afstemmen.
6.Ik heb een hoog inkomen of veel spaargeld. Klopt het dat ik dan geen hulp van de gemeente krijg?
Nee. De gemeente mag niemand hulp weigeren. Ook niet als u een hoog inkomen of veel spaargeld heeft. De gemeente mag wel een hogere eigen bijdrage vragen. Dat gebeurt volgens de regels in het uitvoeringsbesluit Wmo 2015. De gemeente bepaalt de hoogte van de eigen bijdrage dus niet zelf. De hoogte van de eigen bijdrage is afhankelijk van uw inkomen, uw spaargeld, uw leeftijd en de gezinssamenstelling. Het CAK int de eigen bijdrage.
7.De gemeente weet niet zoveel van zorg. Hoe kan de gemeente dan bepalen wat ik nodig heb?
Gemeenten hoeven het onderzoek naar uw situatie niet zelf uit te voeren. Ze kunnen dit uitbesteden aan een andere organisatie, die wel ervaring heeft met zorg. In veel gemeenten zijn er straks sociale wijkteams. Zorgverleners uit het sociale wijkteam doen dan het onderzoek. Gemeenten kunnen de onderzoeken ook zelf uitvoeren. Dan moet de gemeente mensen opleiden of in dienst nemen. Zodat er voldoende kennis is om goed onderzoek te doen.
8.Wat wordt precies de taak van de zorgverzekeraar?
Veel mensen krijgen thuis verpleging en verzorging. Vanaf 1 januari 2015 regelt de zorgverzekeraar dit. Verpleging en verzorging is dan onderdeel van het basispakket. Voor mensen die het nodig hebben is er dus altijd verpleging en verzorging. Het gaat om mensen met een gezondheidssituatie die snel kan veranderen en verslechteren. Deze mensen krijgen vaak al (veel) huisartsenzorg of ziekenhuiszorg.
9.Hoe weet mijn zorgverzekeraar wat ik nodig heb?
Er komen meer wijkverpleegkundigen. De wijkverpleegkundige kijkt wat u zelf nog kunt. En welke verpleging en/of verzorging u nodig hebt.
Meer informatie over de verandering van de langdurige zorg staat op www.hoeverandertmijnzorg.nl
